Mijn favorieten
Mobiel menu openklappen

Waar ben je naar op zoek?

Generic filters
Exact matches only

Kasteel Ravestein

Groot Ravenstein of huis te Geldermalsen ligt in de woonwijk die nu het Zwarte Kamp heet. Ravenstein was vroeger een statig gebouw, omgeven door grachten, waarover zich een stenen brug bevond. Voor de gracht en brug aan binnenzijde van de gracht stond een poortgebouw.

Het kasteel is in het jaar 1828 gedeeltelijk afgebroken, indertijd zijn ook de grachten gedeeltelijk gedempt Daarna is er op die plaats een herenhuis gebouwd, huize ”Ravenstein” geheten. We weten is: dat er in het begin van de 16de eeuw dhr. Herbert tot Deil en Geldermalsen met zijn vrouw Catharina Hollen woonde, zij hadden een dochter die trouwde in 1594 met de kanunnik Frederik Renesse van Wulven (overleden 1603).

Anna was huwelijk kandidaat voor Jhr. Maximiliaan van der Houten (of du Bois) een zoon van Werner de heer van Est. Hij was edelman en hoog militair, adjudant van Prins Maurits en president van de krijsraad. Bij het sterven van haar vader is er een belofte gedaan de relatie te stoppen. Dit had nogal voeten in aarde want Maximilian heeft van alles geprobeerd Anna weer op andere gedachte te krijgen. Waaronder ook een ontvoering van Anna naar Zaltbommel. Daar aangekomen werd hij tot inkeer gebracht en werd Anna naar huis gebracht. Later trouwde Anna met Johan van Steeland. Het voorval met Anna had nog een staatje voor Maximiliaan want in 1614 werd zijn infanterie hem afgenomen door allerlei processen die Anna tegen hem had aangespannen. Anna en Johan kregen waarschijnlijk geen kinderen. Wand in 1666 werd de heerlijkheid aan Jacob van Borselen van der Hogen verkocht. Jacob trouwde in 1651 met Maria van Varick waarvan het grafmonument in de kerk van Geldermalsen ligt. Na deze van Borselen zijn er weer verervingen naar zoon Adriaan getrouwd met Vrouwe van Welre (Rengers) en daarvan een zoon Wilhelm, getrouwd met Mevr. van Brakel, en diens zoon Adriaan Jan die in 1772 trouwde met een Bentinck. Deze Jan van Borselen was een van de ”heren Seventien” de dagelijkse bestuursleden van de VOC. Hij gaf in deze tijde een VOC-schip de naam ”Geldermalsen”. Het schip dat in de 1986 is opgedoken in de Zuid-Chinese zee. En waarvan de inhoud geveild werd. Enkele stukken zijn te vinden in het Gemeentehuis en het Groninger Museum. Er is hierna geen nageslacht en alles wordt verkocht aan de heer van Meteren. Na wat verervingen en verkoping tot het uiteindelijk in bezit kwam van een mevr. Van Barneveld die trouwde met Edmund van Dam van Isselt.  Het vernieuwde huis werd in 1828 bewoond door den Heer E. W. Van Dam Van Isselt, toentertijd op 20 oktober 1841 voorzitter van de Tweede Kamer. Deze Van Dam van Isselt, werd op 10-jarige leeftijd benoemd tot cadetadspirant bij het korps Artillerie met admissie op ’s Lands Militaire school te Amersfoort. Zijn vader koopt hem los in juli 1808. Om niet in het Franse leger te belanden, is hij pensionaire geworden aan de Ecolo Secondaire te Maastricht om daar theologie te studeren. Na een aanstelling in het leger kreeg hij eervol ontslag op 20 Oktober 1814.

Nadat Napoleon van Alba terugkeerde, naam hij dienst als vrijwilliger bij de 5de compagnie jagers te paard. En maakte in 1815 zo de tocht naar Noord-Frankrijk mee. In 1823 werd hij statenlid van de provincie Gelderland en in 1829 lid van de tweede kamer der staten generaal. In 1830 toen de scheiding van de zuidelijke en noordelijke Nederlanden dreigde werd na zijn aanbod aan de koning een compagnie vrijwillige jagers op te richten. Jagers kwamen uit de dorpen: Beesd, Deil, Enspijk, Tricht, Buurmalsen, Geldermalsen, Meteren, Wadenoijen, Erichem, Buren en Zoelmond. Dit corps bestond 16 Augustus 1833 uit 10 officieren en 341 minderen. En nam hiermee deel aan de 10-daagse veldtocht. Over het wel en wee is geschreven in het boek de Jagers van Van Dam. Na ontbinding van deze compagnie, ging hij terug in de politiek eerst als tweede kamer lid en voorzitter, daarna als eerste kamerlid. Van Dam van Isselt heeft voor de verbouwing van Ravenstein ook gewoond op kastelen te Eck en Wiel en Ophemert. Op 9 februari 1860 overleed hij op zijn geliefde landgoed Ravenstein. Van Dan van Isselt is begraven op de oude begraafplaats in Geldermalsen. Op 4 april 1916 werd het gebouw publiek verkocht en een jaar later gesloopt.

Bronnen: Historische Kring West-Betuwe, www.kasteleninnederland.nlhttps://cchin.nl/kastelenlexicon.

Kasteel Ravestein is onderdeel van de kastelenroute West Betuwe 1: Lingeroute, welke tot stand is gekomen door Stichting Kunst & Cultuur West Betuwe (SKCWB) m.m.v. de Historische Kring West Betuwe. Kijk hier voor meer informatie over de kastelenroute.


Lees meer
Delen: